Spring naar inhoud

Een tuin waar jij morgen zal leven

God legt een tuin aan. Daar mag de mens leven. Een omheinde ruimte, een lusthof, afgescheiden van de rest van de aarde. We denken het verhaal te kennen. De mensen aten van de verboden vrucht en werden gestraft. Verbannen uit het paradijs... Hadden ze dat nou maar niet gedaan...

Maar: de kennis van goed en kwaad, dat is de volwassenheid.
Wie nog geen kennis heeft van goed en kwaad is een kind.
Het hoort bij onze volwassenheid om te weten waar onze grenzen liggen. Om je te kunnen beperken ter wille van een groter goed. Wie geen grenzen kent, is nog niet volwassen en moet tegen zichzelf beschermd worden. Ouders voelen vaak de neiging om de jeugdige onschuld van de kinderen zo lang mogelijk te laten duren, terwijl het kind niet kan wachten om de grenzen te verkennen en te verleggen.

Volwassen worden

Dat moet, om volwassen te kunnen worden en zelfstandig te bestaan.
Psychologisch werkt een verbod vaak als een uitnodiging. Het maakt het verlangen wakker...en daarmee tevens de groei, en daarmee ook de angst en de schaamte. Het menselijk bestaan is gekleurd door angst en schaamte. Maar die angst en schaamte zijn soms een begin van gedragsverandering. Denk maar aan vliegschaamte , schaamte om vlees te eten, of om nog wegwerpplastic te gebruiken...

God maakt een wandeling in de tuin, en mist zijn troetelkindjes. Ze zijn hem ontgroeid. Ze zullen moeten zaaien en maaien en oogsten, en zweten, en bang zijn dat er niet genoeg voor allen is.
En ze zullen met pijn en gevaar voor eigen leven kinderen ter wereld brengen. En ze zullen bang zijn voor adders onder het gras en voor leeuwen en beren op de weg. Al die dingen die bij de volwassenwording horen.

Maar diep in hun hart weten ze dat er een engel is die de tuin waar ze vandaan komen bewaart.

Er zijn angsten en er is schaamte. We hebben in de gaten dat we naakt zijn. Dat de keizer geen kleren aan heeft.
We zijn met teveel mensen op de aarde. We zijn als sprinkhanen die alles kaalvreten en niets overlaten. En we kunnen ons echt afvragen of we , als de zeespiegel blijft stijgen, straks welkom zullen zijn in Duitsland of Polen.

Kroon op de schepping

Wij beschouwen onszelf als de kroon op de schepping. Maar dat staat nergens. De mens is net als de dieren geschapen op de zesde dag en krijgt dezelfde zegen mee. Ook staat er dat de mens koning mag zijn over de dieren en de planten. En dat we de aarde mogen bewerken en bewaren.
Maar de kroon op de schepping is de Sabbat. De Zevende dag. De dag waarop God rust en de dag die de mensen mogen heiligen. De dag waarop we niet hoeven te zweten om de aarde te bewerken, niet hoeven zaaien, maaien en oogsten. De dag waarop we net als God de tijd hebben om in de avondkoelte een wandeling te maken en te genieten van het werk van onze handen.

We zijn vergeten dat niet wij, maar de sabbat de kroon op de schepping is... Zij is de koningin.
Wij denken vaak dat alles om ons draait en dat alles maakbaar is door ons. De Oostvaardersplassen zijn daar een mooi voorbeeld van. We leggen een tuin aan, zetten er een hek en wildroosters omheen, en laten dan de ‘natuur zijn gang gaan’. Wildernis... , noemen we dat.

En als de dieren dan vruchtbaar zijn en zich grenzeloos vermenigvuldigen , laten we ze doodhongeren en roepen we dat de natuur hard is. We maken er zelfs een prachtige film over. Maar de natuur kent geen hekken en wildroosters. De natuur kent natuurlijke vijanden en natuurlijke evenwichten. Wie wel hekken en roosters neerzet, moet zelf goed zorgen voor het evenwicht tussen de dieren en de planten. En als er geen leeuwen en beren mogen rondlopen, dan moeten we zelf de verantwoordelijkheid nemen om de aantallen te begrenzen. We moeten onze tuin bewerken en bewaren. Wie die verantwoordelijkheid niet neemt, weigert volwassen te worden. Wil onschuldig blijven, schone handen houden. Maar een tuin aanleggen kan niet met schone handen.

Angst en schaamte

Angsten en schaamte... dat hoort bij de volwassenheid. Ze wekken het verlangen naar de voltooiing. Naar de Sabbat, waarop alles rust en in evenwicht is... En daarmee geven ze een richting aan ons spreken en zwijgen, ons doen en laten, onze houding en gedachten.
We hebben van de vrucht van de kennis van goed en kwaad gegeten en we weten dat we sterfelijk zijn. Dan kunnen we ons laten verlammen door angst om niet genoeg te eten te hebben. Door angst dat de wereld vergaat. Door zorgen over hoe we ons moeten kleden als we geen kinderarbeid willen of milieuverontreiniging. Door angst dat we natte voeten krijgen. Door schaamte omdat we weten dat we zelf bijdragen aan die toestand.

We spreken nu over zonde en schuld. Oude kerkwoorden. Maar springlevend.
Sommige mensen lijden daar zelfs zo zwaar onder, dat je die woorden in de kerk niet meer mag uitspreken. Om dan vervolgens heel moralistisch te spreken over wat we allemaal moeten doen en laten... en het dan weer niet te doen, etc...

Jezus zegt daar iets over. Kijk naar de vogels in de lucht en naar de lelies op het veld.
Nou zijn die vogels altijd druk in de weer. Ze bouwen nesten en vechten met rivalen. Ze maken een hoop kabaal om concurrenten af te schrikken en vliegen af en aan om hun jongen te voeren.
Maar bij al dat werk laten ze zich niet verlammen door angst en schaamte.
Angst dat het niet genoeg is, schaamte omdat ze teveel nemen... daar doen de vogels niet aan. Ze werken hard, en brengen hun jongen groot. God zorgt voor hen... En Salomo ging met al zijn pracht en praal niet gekleed als een van hun.
Angst en schaamte horen bij ons, mensen, maar voor we het weten zijn we er de slaaf van .

Je bent vrij

Jezus zegt: laat je niet leiden door je angst en je schaamte. Je bent geen slaaf. Je bent vrij. Vrij om in de avondkoelte een wandeling te maken en te genieten van het werk van je handen. Vrij om de Sabbat, de kroon op de schepping, te heiligen. Dan heeft de begeerte naar meer , de neiging om je te laten verleiden, ook geen greep meer op je. Dan kun je de aarde misschien meer met rust laten. En kun je je kinderen en je kleinkinderen zeggen: kijk, dit is het werk van mijn handen. Mijn zweet, mijn arbeid en mijn liefde. Dit de tuin waarin jij morgen zult leven.

Het is heel joods, te zeggen dat wie één mens redt, de hele wereld redt. Met die instelling hoef je je niet te laten verlammen en bij de pakken neer te zitten.
Er zijn mensen die dit oppakken. Boyan Slat bijvoorbeeld, die verzon op school iets moois en maakte daar zijn levenswerk van. Volwassen wordend, probeert hij nu, de rotzooi van de mensheid in de zee op te ruimen. Met een onvoorstelbare positieve gedrevenheid. Hij laat zich niet uit het veld slaan door angst en schaamte, maar door de mogelijkheden die hij ziet. Ook als het even tegenzit. Daar kunnen we een voorbeeld aan nemen.

Als we de Sabbat als de kroon der schepping eerbiedigen, zullen we vrije mensen worden. Geen angst voor adders onder het gras en leeuwen en beren op de weg. Mensen die doen wat moet worden gedaan en wat ze kunnen. Ook als we niet alles kunnen oplossen. Dat kunnen de vogels en de lelies ook niet. Maar zij blijven toch aan de gang. Dat is de dynamiek van de hoop. Dat is niet hetzelfde als optimisme. Optimisme is dat je soms tegen beter weten in denkt dat alles wel goed komt.

En Salomo, met al zijn pracht, ging niet zo mooi gekleed als zij... Kijk, dit is de tuin waarin jij morgen zult leven... Amen

Groene overweging door Aline Barnhoorn, 5 mei 2019, Haagse Dominicus, t.g.v. bevrijdingsdag en de dag van de Aarde.

Lezingen: Gen 2, 8-9, Gen.3, 8-13 en Mat. 6,26-32

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *